De Nederlandse overheid geeft 28 miljard euro uit aan een extra reductie van 22 megaton CO₂-uitstoot in 2030. Dat is minstens 55% minder uitstoot van broeikasgassen dan in 1990. Hoe ambitieus en rechtvaardig is dat? Nou dat valt tegen!
De klimaatdoelen in Nederland zijn dus 55% minder uitstoot in 2023 en CO₂-uitstootvrij (Net Zero) in 2050. Het is een race tegen de klok om in 2050 Net Zero te bereiken en om de opwarming tot 1,5°C te beperken. Maar moet ons belangrijkste doel zijn om onze wereld CO₂-uitstootvrij te maken? Of is onze focus dan te klein? Ik denk het wel. Er zijn drie punten die we niet uit het oog moeten verliezen in onze race tegen de klok.
Allereerst leidt de nadruk op CO₂-uitstootvrij en CO₂-neutraal af van het doel dat we moeten stoppen met het gebruiken van fossiele brandstoffen. Zelfs als we erin slagen de uitstoot drastisch te verlagen en technologieën te ontwikkelen voor het voorkomen van CO₂-uitstoot, zullen we te kort schieten. Het ontwikkelen van die technologieën voor het verminderen van CO₂-uitstoot vraagt ook nog eens extra CO₂-uitstoot.
Ten tweede nemen we zorg voor de schepping serieus of gaan we door op de huidige voet? Nu verbranden en later betalen negeert de harde realiteit. Elk jaar worden miljoenen mensen, waaronder kinderen, ziek en sterven voortijdig door luchtverontreiniging als gevolg van de verbranding van fossiele brandstoffen en het delven van grondstoffen nodig voor verduurzaming en energietransitie. Lokale gemeenschappen en ecosystemen blijven zo de dupe. De vervuiling en andere schadelijke gevolgen van de winning van grondstoffen voor onze energie en producten schenden mensenrechten. Onze behoefte aan energie en producten heeft gevolgen: het verontreinigt lucht en water, levert afval, levert verlies van biodiversiteit op en tast ecosystemen aan.

Hoe kan de schepping herstellen met 28 miljard euro? Projecten voor de winning van grondstoffen moeten niet alleen worden beoordeeld op de uitstoot van broeikasgassen die ze wereldwijd kunnen veroorzaken, maar ook op de risico’s die ze vormen voor lokale gemeenschappen en ecosystemen, zoals lucht- en waterverontreiniging, ontbossing en mensenrechtenschendingen. Sterke regelgevende kaders en handhaving, een grote uitdaging in Nederland en Europa, moeten ook worden ondersteund in overeenstemming met de inspanningen die we met de 28 miljard doen.
Tot slot. Dragen de sterkste schouders de zwaarste lasten? De zwaarst getroffenen hebben de kleinste stem in onze samenleving. Die investering van 28 miljard betekent dat het leven duurder wordt. Is dat terecht voor mensen die al op een bestaansminimum leven, terwijl zij nauwelijks veroorzaker zijn van de klimaatverandering? Het is tijd om verder te kijken dan alleen naar de CO₂-uitstoot. We moeten zorgen voor een rechtvaardige overgang die niet alleen rekening houdt met de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen, maar ook met een eerlijke compensatie van werkers, met een rechtvaardige verdeling van menselijke en ecologische gezondheid, welzijn en biodiversiteit. 28 miljard is mogelijk voldoende voor vermindering van de uitstoot van broeikasgassen, maar een fooi voor de schepping!